Ik verwacht hem, maar toch schrik ik een beetje van zijn verschijning. Het is altijd schrikken als iemand die je niet kent jou opeens wel blijkt te kennen. Zeker als-ie kaal is en er best ruig
uitziet. Ik laat niet merken dat ik me ongemakkelijk voel en volg hem, voor het station langs.
In een zijstraatje bij het spoor zie ik het busje staan. Het is een pikzwart busje. Het heeft geblindeerde ramen en er staat geen enkel logo op. Onderweg naar de wagen zegt de jongen geen woord. Pas als we bij het busje zijn en hij de deur openschuift, kijkt hij me aan.
'Zo,' zegt hij. 'Welkom bij Big Sister. Noem mij maar Kojak. Stap snel in, er wordt op je gewacht.'
Ik zet mijn tas in de wagen en klim op een van de stoelen. De deur wordt achter me dichtgeschoven. Achter het stuur blijkt nog een jongen te zitten. Hij heeft donker haar, draagt net als de kale jongen een zonnebril en zwaait naar me door het glas zonder erbij te lachen. Ik kijk om me heen om te zien of ik al ergens een camera zie in een stoel of aan het dak of zo. Bij dit soort programma's moet je volgens mij constant op je hoede zijn. Die filmen je altijd als je het niet in de gaten hebt.
Ik schuif naar de middelste rij stoelen en kijk door de getinte ramen naar de ingang van het station. Ik herken de vriendelijke buurman van tweehoog uit onze flat. Het busje wordt gestart. Ik kijk de buurman na tot we de bocht om gaan en vraag me af hoe lang ik hier even niet zal komen. Ach, misschien vlieg ik er bij de eerste eliminatieronde al uit, ben ik hier volgende week weer terug.
Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: